Caloric Restriction
Dr. Clive McCay was in 1935 een echte pionier. Zijn simpele, maar radicale idee om ratten 30% minder te voeren dan wat als normaal werd beschouwd, was baanbrekend. In plaats van te verzwakken of voortijdig te sterven, leefden deze ratten langer en vertoonden ze minder ouderdomsklachten. Dit concept kreeg later de naam ‘caloric restriction’ (calorische restrictie).
Decennia later, in de jaren 80, werden twee grootschalige studies opgezet met rhesusapen. Deze studies, die meer dan 20 jaar duurden, bevestigden niet alleen dat caloric restriction ook bij deze primaten werkte, maar gaven ook aan dat de onderliggende mechanismen waarschijnlijk toepasbaar zijn op mensen. Dit was een game-changer, omdat voor het eerst een aanwijzing bood dat menselijke levensduur en gezondheid beïnvloedbaar moet zijn.
Maar laten we eerlijk zijn: hoewel calorische restrictie fascinerend is, is het praktisch gezien niet uitvoerbaar voor mensen. Zelf de stoïcijnste en ascetische persoon houdt het maar een paar jaar vol, terwijl het idee is dat je dit levenslang moet doen.
Daarom zijn onderzoekers op zoek gegaan naar de moleculaire wegen die deze positieve effecten op de gezondheid bewerkstelligen. Als je die kunt beïnvloeden met medicijnen of bioactieve stoffen, dan zit je op goud.
Een interessante vondst op dit gebied is het mTOR-signaleringstraject, dat beïnvloed kan worden met rapamycine. Deze stof is afkomstig uit een schimmel die is gevonden op Paaseiland, of Rapa Nui. Het toedienen van rapamycine verlengt de gezondheids- en levensduur van muizen met 9-14%.
En het stopt niet bij mTOR en rapamycine. Andere strategieën zoals ‘intermittent fasting’ staan ook in de belangstelling en tonen veelbelovende resultaten in diermodellen.
Het uiteindelijke doel is om een effectieve en haalbare manier te vinden om de gezondheidsduur in mensen te verlengen, zonder de extreme maatregelen die met calorische restrictie gepaard gaan.